vrijdag 1 oktober 2010

Baaien, regenwouden en art-deco !

Hallo allemaal,
Het doet ons veel plezier om te horen dat iedereen weer heel enthousiast onze reis-perikelen volgt.

Blijkbaar was er een probleemke om hier een reactie te plaatsen, maar het kan nog steeds :
- ofwel klik je op "...reacties" en kan je gewoon een reactie plaatsen
- ofwel klik je op het enveloppeke en kan je ons een email sturen op ons email-adres (best naar : edith.de.nef1@telenet.be).

Tot zover de technische uitleg : terug naar ons reisverhaal.

Na ons schitterende avontuur op White Island, trokken we verder naar de oostkust.
Een stukje van het Nieuw Zeelandse noorder-eiland waar niet veel toeristen naartoe trekken.
De Pacific Coast Highway nr. 35 gaat in een grote boog langs de oostkust van Opotiki tot Gisborne.
Op een bepaald moment kom je langs een plekje waar de zon als eerste zichtbaar is op heel de aarde (het meest oostelijke punt). Daar wordt dan ook als eerste op aarde het nieuwe jaar afgeteld.
We hebben de route in twee dagen gedaan.
En het was weer de moeite : de mooie asfaltweg slingert langs de kust, van de ene verlaten baai naar de andere.
De ene moment heb je een schitterend zicht over de zee van hoog in de bergen, de andere moment rij je vlak langs de branding.





Nergens toeristische infrastructuur, behalve hier en daar een simpel café, campsite of hotelleke met meestal een plaats waar men bootjes te water kan laten.
Er wordt daar dan ook meestal vooral veel gevist.
Geen zonnekloppers of promenade-wandelaars : dat is daar compleet onvoorstelbaar.







Er wonen daar ook zeer veel Maori (de oorspronkelijke bewoners van Nieuw Zeeland). Die leven in kleine gemeenschappen en dorpjes, en ze hebben allemaal nog hun eeuwenoude tradities die ze vieren in hun gemeenschapshuizen. Deze huizen zijn langs buiten allemaal prachtig versierd met typisch houtsnijwerk.
Het is een stuurs en gesloten volk, dat niet gemakkelijk te benaderen is : zeker niet door een stel toeristen in een camper :-)
Dus we hebben het niet aangedurfd om foto's te nemen. Spijtig, maar dat had met respect te maken natuurlijk.
Het uiterlijk van de Maori is te vergelijken met het volk dat op de Pacific eilanden woont (Samoa, Fiji, Tonga,...) of op de Hawaiaanse eilanden : dus zwaargebouwde mensen met donker haar, vurige donkere ogen en veel tattoo's (als traditie, ook soms in hun gezicht).
Het is een fier en strijdlustig volk : ze hebben hun land dan ook niet zomaar aan de kolonisten "gegeven" : dat is toen met veel gevechten en tegenwerking gegaan en nog steeds eisen de Maori hun plaats op in de gemeenschap.
We willen nog wel heel graag een Maori-ceremonie (een "haka") bijwonen (grote ogen, uitgestoken tong en veel geroep, gestamp en lawaai), maar we zijn niet zeker of dat nog gaat lukken....

Dus wij verder langs de East-Coast.
Na onze eerste dag sliepen we op een simpele camping aan een strand dat de voorbije dagen volledig overstroomd was tijdens de stormdagen (overstromingen schijnen ons al op alle reizen dit jaar te achtervolgen :-)
s'Avonds maakten we nog een strandwandeling langs de prachtige verlaten kust en het was ongelooflijk hoeveel wrakhout er op het strand lag.
Dat is overal zo aan de oostkust : het hout komt van omgevallen bomen uit rivieren die in de zee uitmonden.
Als we door het binnenland reden, viel het ook op hoeveel omgevallen (dode en levende) bomen er in de rivieren lagen.
Dat komt natuurlijk door de vele modderstromen die bij regenweer onmiddellijk ontstaan op de grillige bergen. We kwamen ook heel veel "wash-outs" tegen (stukken baan die helemaal weggespoeld waren door de modder).







Ook onze tweede dag liep van de ene schitterende baai naar de andere, met onderweg ons eeuwige koffieke in een lokaal cafeeke ergens in een verlaten dorp aan het water.






Uiteindelijk eindige onze tocht langs de Pacific Coast Highway in Gisborne, een leuk havenstadje.
Daar durfden we het aan om onze eerste Nieuw Zeelandse "fish en chips" te eten (er is weinig andere keuze eigenlijk hahaha) aan de zonnige jachthaven.
Maar het was héél vers en héél lekker : helemaal niet zoals de Engelse fish en chips met azijn in gazettepapier :-))





Het weer is nu stilaan ook af en toe een beetje beter : zoals jullie al wel gemerkt hebben (aan onze verhalen en de foto's met dikke fleece-sweaters en mutsen :-) hebben we hier echt heel veranderlijk weer. Typisch voor Nieuw Zeeland dus.
De eerste dagen, in en na Auckland, was echt héél erg : koud en nat met harde westenwind.
Maar nu hebben we, vooral in de namiddag, altijd een aangenaam zonneke en temperaturen tussen 17 en 20 graden. En het regent niet meer !!!
Het is hier dan ook lente en je kan het weer een beetje vergelijken met het Belgische weer in maart of april. Beetje afwachtend dus :-)
We vinden ook dat alles, het weer inclusief, een beetje lijkt op Schotland, maar dan met tropische planten erbij. Heel raar !
Maar we laten het (meestal..) niet aan ons hart komen.
Zoals altijd nemen we het land en de cultuur zoals het komt.

Waar was ik gebleven ? O ja, in Gisborne.
Vanuit Gisborne was Morere ons doel : daar waren weer een paar beroemde warmwaterbronnen in een tropisch woud, dus dan konden we onze knoken weer even warmen in het dampende water.
Onze kampplek in Morere lag heel mooi naast een kabbelend rivierke, midden tussen de tropische palmen en varens. Heel rustgevend voor 2 nachtjes.
Ook het badderen in de warme bronnen was plezant, met een schoon wandeling door het regenwoud er gratis bij :-)







Van Morere verder zuidwaards richting Napier, maar den wel met een belangrijke omweg langs het Te Urewere National Park.
Dat is een groot ongeschonden regenwoud : zo zag Nieuw Zeeland eruit vooraleer de kolonisten alles omhakten, Europese bomen plantten, weiden aanlegden voor hun schapen en overal brem zaaiden.
Brem met zijn gele bloesem is nu een echte pest overal in Nieuw Zeeland. En dan te denken dat de kolonisten het alleen gezaaid hebben uit heimwee naar hun eigen (Enge)land !!







Ook overal : SCHAPEN !
Er zijn er miljoenen. Veel meer dan dat er inwoners zijn in Nieuw Zeeland.
Ze grazen overal op de prachtige groene berghellingen.
Wel schattig, want rond deze tijd hebben ze ook allemaal lammetjes !
Peter zegt dat de bergen van Nieuw Zeeland lijken op de bergen van een treintafel, en dat is eigenlijk een prima beschrijving :-)




De weg naar het Te Urewere National Park was al een avontuur op zich.
Dikwijls onverharde gravelweg, hoger en hoger door de bergen en door meer en meer onbewoond gebied.
Het dichte ondoordringbare regenwoud rond het natuurlijke stuwmeer (alweer ontstaan door vulkanische activiteit) was echt schitterend om te zien.
We hebben niet de hele route door het woud gedaan (beetje moeilijk met een camper over 160 km smalle zandweg), maar we hebben wel een wandeling gemaakt naar de watervallen in de buurt. Ook best indrukwekkend !
En het mooiste vind ik de palm-varens. Ze lijken op een palmboom, maar eigenlijk zijn het hele tropische varens die op een lange stam staan en met hele speciale krullende groene bloesems. Het is de nationale plant van Nieuw Zeeland en ik ben er helemaal weg van. Het lijken wel planten uit Jurassic Park. Je ziet ze ook overal op onze foto's.



En dan ging het verder richting Napier.
Daar zitten we nu ! We wilden Napier graag bezoeken omdat het zeer veel heel mooie Art Deco gebouwen heeft.
Het stadje werd in 1931 helemaal verwoest door een zware aardbeving, en dus in de tijd van de Art Deco helemaal weer opgebouwd.
De gebouwen zijn altijd bewaard gebleven en worden nu nog altijd in hun oorspronkelijke staat gerestaureerd.
We hebben een hele namiddag rondgewandeld en de gebouwen bewonderd. Ik had Art Deco nog nooit van zo dichtbij bekeken : eigenlijk best interessant om te zien. Heel strak en modieus.







Grappig : we liepen hier vandaag ook toevallig een klein "possum-museum" binnen.
De possum is een klein, schattig, poezelig nachtdiertje (een van de zéér weinige zoogdieren in Nieuw Zeeland), maar de mensen hebben er hier een hekel aan ! Die beestjes zijn ook weer ooit ingevoerd door de kolonisten voor hun pels, maar er zijn er ooit een paar honderd ontsnapt en die verwoesten nu heel de natuur.
Dus..... hier is elke goeie possum een dode possum. De wegen liggen vol ontelbaar platgereden possums, echt zielig !
En het rare is : in Australie is het een zwaar beschermde diersoort. Rare lui hier Downunder :-))

We hadden dus een gezellige mini-citytrip in Napier vandaag en nu zitten we weer gezellig in onze camper.
Ik schrijf ons verhaal en Peter is aan het koken :-)
Onze camper heeft een goeie verwarming en dat is s'avonds wel nodig, maar het is natuurlijk ook heel gezellig en lekker knus !
We hebben ook nen tv in onze camper, dus als het buiten friskes is, dan kijken we (ALS we ergens zitten waar we zenders kunnen te pakken krijgen) s'avonds gezellig vanuit ons bed naar het Nieuw Zeelandse nieuws, de soaps en de reclame. Da's ook cultuur, he.






O ja, vandaag heb ik ook beslist dat de Nieuw Zeelandse vrouwen de Oscar krijgen voor de slechtst geklede vrouwen ter wereld.
We hebben vanop ons gebruikelijk koffie-terraske de damesmode eens goed in detail bekeken en het is eigenlijk niet om aan te zien. Ik bespaar jullie de details ! Dus : 0 op 10 voor de kledingstijl in Nieuw Zeeland.
Ook weer een beetje Engels (dus niet alleen het weer, de schapen en het eten, maar ook de kleding,....).
Tot zover ons uurtje cultuur :-)))

Morgen rijden we op tijd door, want we willen richting Wellington (de hoofdstad) geraken en onderweg stoppen aan een dierenpark om eens een levende kiwi-vogel en een levende possum te zien. En we willen het grote National Museum gaan bekijken !

Vanuit Wellington zullen we dan de ferry-oversteek maken naar het zuider-eiland. Die overtocht is een van de mooiste ferry-tochten ter wereld dus daar kijken we erg naar uit.



Binnenkort weer meer nieuws !
Dikke kussen van Downunder xxx
Edith en Peter

Geen opmerkingen:

Een reactie posten